Gevangen in Gedachten (een fragment)

Waar was het nu toch allemaal mee begonnen? Deze vraag spookte al dagen door zijn hoofd. Hij wist dat het hem zwaar zou vallen deze vraag te beantwoorden. Niet alleen omdat het antwoord lang, heel lang zou zijn en een groot deel van zijn leven zou beslaan. Ook omdat hij wist dat het antwoord veel emoties bij hem los zou maken. Emoties die hij al een geruime tijd probeerde weg te stoppen. Maar toch wist hij dat hij het antwoord ooit onder ogen zou moeten komen, wilde hij verder kunnen gaan met zijn leven op een betere manier dan dat hij nu deed. En wie weet, als hij leerde om te gaan met zijn verleden, zouden het leven in het heden en zijn blik op de toekomst ook vooruit gaan. Het zou kunnen… misschien zouden zijn nachtmerries dan wel verdwijnen, en zijn somberheid en…
Hij haalde een keer diep adem toen het besef tot hem doordrong dat dit wel eens het geschikte moment kon zijn om terug te kijken op zijn leven. Op alles wat hij had meegemaakt en wat hem had gemaakt tot de man die hij nu was.

Hij zou terug moeten naar het begin. Terug naar de eerste gebeurtenis in zijn leven die grote impact op hem had gehad. Het viel hem zwaar om te bedenken welke gebeurtenis dit geweest moet zijn. Er waren zoveel dingen gebeurd. Ook vroeger al. Als hij al wist wat er het eerst kwam, dan was het nog maar de vraag of het datgene was wat hem zoveel beïnvloed had. In zijn jeugd waren er een aantal dingen waaraan hij nu terug dacht. De pesterijen op school waren daar een van. Het had hem veel zeer gedaan dat zijn leeftijdgenootjes weinig van hem moesten hebben en hem behandelde als straatvuil. Op een gegeven moment was het pesten zo erg geworden dat kleine Rens niet meer naar school wilde, hij zelfs bang was om naar school te gaan. Bang om onderweg te grazen genomen te worden, bang om uitgejouwd te worden op het schoolplein, om uitgescholden te worden in de gangen, om genegeerd te worden door zijn klasgenoten… Dat laatste had hem kapot gemaakt, om genegeerd te worden door je leeftijdsgenoten… die constant deden alsof jij niet bestond, die geen aandacht aan je besteden, nooit naar je omkeken als je iets zei, nooit lachten om jouw grapjes… het had hem het gevoel gegeven alsof hij niets voorstelde, alsof hij inderdaad niet bestond…

Toen hij naar de middelbare school ging, koos hij er bewust voor om naar een school te gaan die wat verder weg lag, hij was dan ook de enige van de basisschool die daar heen ging. Vanaf dat moment werd hij dan ook niet meer gepest. Eindelijk. Het was een verademing voor hem geweest om eindelijk met leeftijdsgenootjes om te gaan die hem niet behandelde alsof hij een of ander weerzinwekkend schepsel was. Hij kreeg ook meer vrienden toen. Hij zou liegen als hij zou beweren dat hij op de basisschool geen vriendjes had gehad, hij had er wel een paar, maar die durfde alleen aardig tegen hem te zijn ná school, bij iemand thuis. Als op school het pesten weer begonnen hadden ze zich angstvallig op de achtergrond gehouden, bang om het volgende slachtoffer te zijn.

 Zijn ouders moedigde hem heel erg aan om goed zijn best te doen op school, ze wilde dat hij na de middelbare school naar de universiteit ging zodat hij later, net als zij, een goede baan kon krijgen. In het begin had Rens dan ook altijd heel erg zijn best gedaan, om zijn ouders tevreden te stellen. Maar op een gegeven moment ging het thuis niet meer zo goed. Zijn vader was veranderd. Hij was niet langer de lieve, zorgzame man die hij altijd geweest was, hij was veranderd een chagrijnige, lompe man met een kort lontje. Vanaf toen kregen zijn ouders ook veel vaker ruzie en Rens was daar meer dan eens getuige van. Sterker nog, soms zat hij er met zijn grote-puber-mond tussen in en bemoeide hij zich met de ruzie van zijn ouders, wat hem vaak op straf kwam te staan. Altijd opgelegd door zijn vader. Zijn moeder was nog steeds een lieve, zorgzame vrouw die haar zoon in bescherming nam tegen haar man, zijn vader. Gelukkig waren er niet alleen maar ruzies thuis, er waren ook dagen dat het gewoon gezellig was. Op zo’n dagen zag Rens een glimp van de man die zijn vader ooit geweest was.

Zo ging het een tijdje op en af. De ene keer ging het goed thuis, de andere dag kon het slaande ruzie zijn. En nog steeds pushte zijn ouders hem om goed zijn best te doen op school. Ook dit was een punt waar zijn vader heel fel op kon zijn. Rens mocht geen onvoldoendes halen. Zijn moeder was daar wat milder en begripvoller in, maar zijn vader kon echt woest worden als Rens een onvoldoende op zijn rapport had. Helaas had zijn vader hier niet het effect mee dat hij had gehoopt. In plaats van Rens nog verder te pushen met het behalen van goede punten, zorgde hij er keer op keer voor dat Rens dicht sloeg. Rens durfde bijna niet meer te leren voor de toetsen omdat het wel eens niet genoeg kon zijn. Ook tijdens toetsen had hij geregeld last van black-outs, want was als hij nu eens geen voldoende haalde? Die gedachte kon hem verlammen. Als resultaat ging hij de ene na de andere onvoldoende halen, tot grote boosheid van zijn vader. Avond na avond zaten ze samen aan de keukentafel, waar Rens onder toezicht van zijn vader zijn huiswerk moest maken, en o wee als hij durfde te vragen te mogen stoppen. Zijn vader zou ontsteken in een vreselijke tirade waarbij hij minutenlang tegen zijn zoon kon schreeuwen. Tot zijn moeder tussen beide kwam. Dan mocht Rens stoppen en mocht hij naar zijn kamer, waar hij vervolgens kon horen hoe zijn ouders ruzie maakte om hem.

Rens kreeg langzaamaan een hekel aan zijn vader en probeerde er steeds meer aan te doen om hem tegen te werken. Het kon hem niet langer schelen als hij onvoldoendes haalde en als zijn vader dan tegen hem schreeuwde. Op zijn zestiende verjaardag ging Rens naar een piercingshop en liet een piercing zetten onder zijn onderlip, net boven zijn kin. Hij wist dat zijn vader het verschrikkelijk zou vinden, maar het kon hem niets schelen, hoe rebelser hij tegen zijn vader kon zijn, hoe beter. En inderdaad, toen hij thuis kwam, was zijn vader woedend en eiste dat Rens de piercing zou verwijderen, maar dat deed hij niet. Dit was zijn ultieme teken van rebellie tegen zijn vader en hij droeg het met trots. Maar ook met pijn, want hij vond het niet leuk dat het zo moest lopen. Liever had hij nog de lieve vader van vroeger, maar helaas, zijn vader was een grimmig man geworden.

Op een dag was het schijnbaar genoeg, want zijn vader pakte zijn koffers en besloot weg te gaan. Maar niet na nog een keer flink ruzie te maken. Gedreven door uitzinnige woede schreeuwde Rens de lelijkste dingen tegen zijn vader en toen hij daar niet genoeg genoegen uit kon halen, haalde hij woest uit naar zijn vader en sloeg hem overal waar hij hem raken kon. Zijn vader wierp hem boos achteruit en Rens viel op de grond. Nog voordat Rens weer overeind kon krabbelen, had zijn vader de voordeur al achter hem dicht geslagen. De bons waarmee de deur in het slot viel, galmde nog lang na in het huis waarin hij vanaf dat moment alleen samen met zijn moeder woonde.

Maanden verstreken, zonder dat Rens nog iets van zijn vader vernam. Het gaf hem rust dat zijn vader nu niet meer in zijn leven was, maar nog altijd kon hij zichzelf slecht concentreren op school en haalde hij slechte punten, een resultaat van het vele schreeuwen als hij een onvoldoende haalde van zijn vader. Zo kwam het dat Rens ver onder zijn niveau presteerde. Maar het kon hem weinig boeien, hij was gelukkig zo. Ook met zijn moeder ging het goed, langzaamaan leefde ze weer op en Rens kon aan haar merken hoe ongelukkig ze was toen zijn vader nog thuis was. Hoewel het nog altijd jammer was dat het zo had moeten lopen, was Rens blij dat de man weg was.

 

Het luide getik van regen tegen het raam deed Rens ontwaken uit zijn overpeinzingen. Het stormde buiten. Een heldere lichtflits tekende zich af tegen de donkere lucht. Rens wreef over zijn slapen, hij was erachter gekomen dat hij niet één enkele gebeurtenis aan kon wijzen die het begin was geweest van wat hem gevormd had, het was een reeks gebeurtenissen, het totaalplaatje geweest.

De Efteling

Afgelopen zondag ben ik met mijn lieve vriendin Angelic Nostalgia naar de Efteling geweest. Het was geweldig! We zijn vroeg in de ochtend vertrokken. Om 7 uur zat ik al op de fiets naar het station! Na wat gekloot en geruzie met mijn OV, waarbij ik, gelukkig, nog nét op tijd kon inchecken, kon de reis dan eindelijk beginnen! Na een lange, maar gezellige trein- en busreis, kwamen we om 09:40 aan in de Efteling en kon onze feeërieke dag beginnen!
Dankzij onze speciale tickets hoefde we niet te wachten tot 10:00 uur, maar mochten we direct het park in. Binnen in het park waren de poorten naar de verschillende rijken nog dicht, maar (dankzij wat geniepig voordringwerk) we konden toch vooraan staan. Dus zodra de poorten opengingen konden we snel doorlopen naar de attracties. De eerste attractie van de dag was Joris en de Draak dus we waren meteen weer goed wakker!
Daarna was de Vliegende Hollander aan de beurt. Toen ik de wachtrij zag, was ik even bang dat het heel lang zou duren voor we aan de beurt waren, maar dat viel reuze mee! De sfeer in de Vliegende Hollander is zo bijzonder! Je waant je echt even in de tijd van de VOC. De attractie is ook zo mooi aangekleed! Niet alleen de attractie zelf, maar ook de wachtrij en de opstalhal zijn super mooi. We zaten helemaal vooraan, dus ik kon fijn knuffelen met de chagrijnige leeuw die voorop zit. (toet-toet doet de neus…) Wel waren we bang dat we super nat zouden worden, maar uiteindelijk hebben we geen druppeltje gevoeld!

Nadat we flink wakker geschud waren in deze stoere attracties gingen we op weg naar Raveleijn om kaartjes voor een voorstelling te halen. We hadden geluk, want er waren nog kaartjes voor de voorstelling van 11:30 dus we konden meteen doorlopen naar de show! Ook bij de show hadden we weer geluk. We zaten helemaal vooraan in het midden! De show was super gaaf. Zoals iedere keer als ik de show zie, was ik flink onder de indruk van de paarden. Als je ziet hoe braaf die paarden zijn… er gebeurt toch een boel tijdens zo’n show. Vuur, water, harde geluiden en nog veel meer en de paarden kijken nergens van op! Als je daar met een ‘gewoon’ paard zou zijn, zou je alle hoeken van de arena zien en met je kop in het zand eindigen.
Wat ik ook heel knap vind is dat de paarden op komen door de stadspoort van Raveleijn. Dit houdt in dat ze vanuit een ruimte onder de arena, schuin omhoog moeten lopen door een poort waar allemaal rook omheen geblazen wordt. En op het einde van de show gaan ze zo ook weer weg. Dat is echt zo knap! De paarden kunnen namelijk niet goed zien waar ze heen gaan en ze horen allemaal gesis van de rook en toch vertrouwen ze zo veel op hun ruiter dat ze het gewoon doen! Knap knap knap!

Na Raveleijn was het tijd om even bij te komen. Dus vervolgde we ons avontuur in het Efteling treintje. Met de kaart van het park in de ene hand en een zak m&m’s in de andere hand hebben we ons prima kunnen vermaken in de trein.

Al snel was het tijd voor onze volgende ‘kick’, de Vogelrok! Ook bij deze attractie hebben we nauwelijks hoeven wachten! En dat terwijl het toch best druk was in het park… Maar goed. Volgens mij is Vogelrok een van de kortste achtbanen ooit maar stiekem ook een van de gaafste! Doordat het zo donker is heb je geen idee waar je bent en waar je heen gaat. Ik word niet snel gedesoriënteerd van een achtbaan, maar de Vogelrok krijgt het voor elkaar! Wel op een positieve manier natuurlijk!

Daarna was het tijd voor een beetje rust toen we gingen wandelen in het Sprookjesbos. Eigenlijk wilde we kijken en luisteren naar Paul van Loon die zou voorlezen in het theater in het Sprookjesbos. Maar het was daar zo druk dat we maar verder gegaan zijn met het bekijken van de mooie sprookjes.

Vanaf dat moment waren we eigenlijk te moe om nog helder te denken dus hebben we een korte break genomen op een grasveldje met uitzicht op de Pagode.

Vervolgens waande we ons in Arabische sferen toen we de Fata Morgana bezochten. Prachtig! Een kleine samenvatting: Heerlijk muziekje, mooie scene’s en een lekker geurtje halverwege de attractie.

Daarna zijn we nog op zoek gegaan naar wat souvenirs. Na lang twijfelen heb ik een Efteling Sprookjesboek met tekeningen van Anton Pieck, een cd + fotoboek van Raveleijn en een mooie kaart van Raveleijn gekocht.

Als afsluiter hebben we gekeken naar de prachtige show Aquanura. We hadden ook hier weer geluk. Omdat we te moe waren om nog wat te doen, zijn we op tijd naar de vijver gegaan waardoor we goede plaatsen hadden vanwaar we de water show konden zien. En daarbij was het al donker genoeg om de show met de spectaculaire lichten te zien. De combinatie tussen alle verschillende fonteinen en lampen was prachtig! De toevoeging van vuur aan dit geheel maakte het nog indrukwekkender!

Na de show was het tijd om nog een laatste rondje door de souvenirs-winkel te maken, waar ik een nieuw paar pardoes-sloffen heb gekocht. Daarna was het helaas toch echt alweer tijd om naar huis te gaan. Na een lange, vermoeiende maar wederom super gezellige reis was ik rond 21:30 thuis.

Oftewel: Een super mooie, gezellig en leuke dag!
(foto’s volgen)